| A | B | C | D | E | F | G | H | I | J | K | l | M | N | O | P | Q | R | S | T | U | V | W | X | Y | Z |
INDIGOVINK OF INDIGOGORS (Passerina cyanea)
VERSPREIDING
Midden Amerika tot oostelijk Noord Amenka.
GROOTTE
Ongeveer 12 tot 13 centimeter.
GESLACHTSONDERSCHEID
De mannetjes zijn tijdens de broedtijd felblauw van kleur. De vrouwtjes zijn, evenals mannetjes buiten de broedperiode, bruingrijzer van kleur. Sommige vrouwtjes, met name dieren die al wat ouder zijn, kunnen blauwe vlekjes vertonen.
SOCIALE EIGENSCHAPPEN
Indigovinken geven zelden aanleiding tot problemen in een gemengde volière. Alleen de mannetjes kunnen onderling wel eens de strijd aangaan, vooral in de broedperiode. Het is dan ook beter om slechts één koppel per verblijf te huisvesten.
GESCHIKTE BEHUIZING
U houdt deze vogels bij voorkeur in een goed beplante buitenvolière. Ook in een kamervolière van flinke afmetingen doen deze vogels het doorgaans prima. In een kale ruimte voelen de dieren zich zelden op hun gemak, en ook als kooivogel zijn ze niet geschikt.
OMGEVINGSTEMPERATUUR
Indigovinken zijn vrij sterke vogels. Wanneer ze de beschikking hebben over een beschut binnenverblijf dat tocht en vorstvrij is, is bijverwarming niet nodig.
VOEDSEL
U kunt ze als basisvoer een zaadmengsel voor Europese cultuurvogels geven (wildzangzaad), aangevuld met onkruidzaad, universeelvoer, versgeplukte onkruiden, wat levend voer (meelwormen) en fruit.
ACTIVITEITEN
Indigovinken scharrelen graag op de bodem van de volière rond, waar ze een deel van hun kostje bij elkaar zoeken. Daarnaast zijn ze veel in dichtbegroeide delen van de volière te vinden. Deze vogels nemen graag een bad. Een steeds met vers water gevulde geglazuurde aardewerken schaal op de bodem van de volière wordt dan ook goed benut.
KWEEK
Het komvormige nest wordt bij voorkeur gebouwd in een dichte struik, vrij dicht bij de grond. Er worden gemiddeld 2 tot 4 eitjes gelegd die een fietsblauwe kleur hebben met bruine vlekjes. Het vrouwtje bebroedt de eitjes gedurende 13 dagen en neemt ook de voeding van de uitgekomen jongen in het nest op zich. De voeding bestaat hoofdzakelijk uit een zo afwisselend mogelijk menu van insecten in diverse stadia. Indigovinken ontwikkelen zich razendsnel en het is gebruikelijk dat ze al op een leeftijd van anderhalve week uitvliegen. De taak van het mannetje is het op een afstand houden van andere vogels. Op een leeftijd van ongeveer twee tot drie weken kunnen ze geheel zelfstandig hun kost je bij elkaar scharrelen en kunnen ze het beste apart van de ouders gezet worden. De mannetjes van deze soort zijn pas na twee jaar volledig op kleur. Een goed kweekkoppel dat een goede conditie heeft, kan meerdere legsels per seizoen grootbrengen, maar in de praktijk zijn indigovinken niet de eenvoudigste vogels om aan het kweken te brengen.
Laatste update: Ma 01-04-2024. 17.45uur