| A | B | C | D | E | F | G | H | I | J | K | l | M | N | O | P | Q | R | S | T | U | V | W | X | Y | Z |
JACARINIVINK (Volantinia jacarina) (Linnaeus, 1766)
VERSPREIDING
Midden Amerika en het noorden van Zuid Amerika, waaronder Mexico, Chili en Argentinië.
GROOTTE
Ongeveer 9 centimeter.
GESLACHTSONDERSCHEID
Het verschil tussen beide geslachten is vrij eenvoudig te zien. De volwassen mannetjes zijn donkerblauw tot zwart van kleur en zijn bovendien herkenbaar aan de witte veertjes onder hun vleugels. De mannetjes zingen.
SOCIALE EIGENSCHAPPEN
Jacarinivinken kunnen het goed vinden met andere vogels zeer geschikte medebewoners zijn bijvoorbeeld astrildes en zijn derhalve geschikt voor een gezelschapsvolière. In het broedseizoen nemen ze een territorium rond het nest in, waarin geen andere vogels geduld worden.
GESCHIKTE BEHUIZING
Deze gorsachtigen komen het best tot hun recht in een ruime en goed beplante gezelschapsvolière met een vorstvrij nachthok. In bepaalde landen worden deze vogels, en dan met name de mannetjes, als kooivogel gehouden vanwege hun zang.
OMGEVINGSTEMPERATUUR
Wanneer de dieren de beschikking hebben over een absoluut vorstvrij nachthok, is verwarming in de wintermaanden doorgaans niet nodig.
VOEDSEL
Als basis kunt u deze vogels een zaadmengsel voor tropische vogels geven, met zo nu en dan wat eivoer en levend voer. Van het levend voer hebben vooral vliegende insecten hun voorkeur. Trosgierst wordt door de vogels lekker gevonden en voor de vertering van de zaden moeten de vogels altijd kunnen beschikken over een gritmengsel.
ACTIVITEITEN
Jararinivinken bewegen zich door alle lagen van de volière. De mannetjes zingen veel, niet alleen tijdens de kweekperiode maar ook daarbuiten.
KWEEK
Het nest wordt bij voorkeur op een beschutte plek in het groen gebouwd of in een halfopen nestkastje. Vaak is het dicht bij de grond gesitueerd. Het is komvormig, vrij klein en bestaat onder andere uit uitgeplozen sisal en kokosvezel. Er worden 2 tot 3 licht blauwgroene eitjes met een donkere tekening gelegd. Deze worden uitsluitend door het vrouwtje bebroed. Na ongeveer 12 tot 14 dagen komen de jongen uit het ei. Beide ouders voeren hun jongen, voornamelijk met allerlei zaden. Als de jongen ongeveer twee weken oud zijn, verlaten ze het nest. Ze blijven echter nog ongeveer twee weken in de buurt en worden in die periode nog begeleid en gevoerd door het mannetje. Het vrouwtje is dan meestal alweer in beslag genomen door een volgend legsel. Het kan een vol jaar duren voordat jonge Jacarinivinken hun uiteindelijke kleur hebben.