| A | B | C | D | E | F | G | H | I | J | K | l | M | N | O | P | Q | R | S | T | U | V | W | X | Y | Z |
RODE KARDINAAL (Cardinalis cardinalis)
VERSPREIDING
Noordelijk deel van Midden Amerika tot in het zuiden van Canada, in uiteenlopende biotopen. Deze vogelsoort komt ook veel voor in woonwijken.
GROOTTE
Ongeveer 18 tot 20 centimeter.
GESLACHTSONDERSCHEID
Het verschil tussen beide geslachten is bij deze vogelsoort heel gemakkelijk te zien. De mannetjes zijn namelijk felrood van kleur, terwijl de vrouwtjes meer bruinachtig zijn met een rode waas.
SOCIALE EIGENSCHAPPEN
Rode kardinalen kunnen het doorgaans prima met elkaar en met andere volièrebewoners vinden. Ook met kleinere vogelsoorten zijn ze heel goed samen te houden.
GESCHIKTE BEHUIZING
De rode kardinaal is bij uitstek geschikt voor een ruime, goed beplante buitenvolière. In een kamervolière of kooi kunt u de vogels beter niet houden.
OMGEVINGSTEMPERATUUR
Rode kardinalen zijn winterhard. Wanneer ze een vorstvrij en goed geïsoleerd nachthok tot hun beschikking hebben, komen ze de winters doorgaans goed door.
VOEDSEL
Er is helaas nog geen zaadmengsel speciaal voor kardinalen te koop. U kunt zelf een geschikt mengsel maken door 2 delen agapornidenvoer te mengen met 1 deel kanarie of wildzangzaad. Daarnaast geeft u de vogels regelmatig wat groenvoer, fruit en insecten. Meelwormen, maar ook universeelvoer, worden graag gegeten. Het is een goed idee zo nu en dan wat omgespitte compost (onbespoten, uit eigen tuin!) in de volière uit te spreiden. De vogels maken dankbaar van de gelegenheid gebruik om allerhande voedseldiertjes die zich daarin bevinden op te nemen.
ACTIVITEITEN
Zowel de man als het vrouwtje van deze vogelsoort zingt, al is de zang van de mannetjes indrukwekkender. De rodekardinaalman wordt in het algemeen als de beste zanger van de kardinalen beschouwd. De vogels houden zich graag op de grond op, op zoek naar voedsel. Ze zijn levendig van aard en bij goede verzorging en een rustige benadering kunnen ze erg vertrouwelijk worden met hun verzorger, waarbij ze soms het voer uit de hand komen nemen.
KWEEK
Wilt u graag nageslacht van deze vogels, dan is het vaak beter om het koppel in een aparte vlucht onder te brengen. Het komvormige nest wordt gebouwd door het vrouwtje. Ze gebruikt hiervoor materiaal als fijne takjes, kokosvezel, sisal, grasstengels en mos. Het vrouwtje kan haar nest in een bestaand nestkastje maken, maar wanneer er voldoende dichte begroeiing is, kan ze haar nest in een struik of conifeer bouwen. Wanneer u het vrouwtje bezig ziet met het slepen van nestmateriaal naar een bepaalde plaats, brengt u op die plaats een korfje of touwnest aan. Het gemiddeld aantal eitjes is 2 tot 4. Deze zijn heel licht blauwgroen van kleur met bruine spikkeltjes. Het vrouwtje broedt de eitjes in ongeveer 12 dagen uit. De jongen worden door beide ouders gevoerd, voornamelijk met insecten. Bij voldoende en afwisselend levend voer groeien de jongen snel en verlaten het nest vaak al als ze acht tot negen dagen oud zijn. Totdat de jongen zelfstandig zijn, rond een leeftijd van vijf weken, worden ze nog in afnemende mate begeleid en gevoerd door beide ouders. Vroeg in het seizoen geboren jongen kunnen in de herfst van hetzelfde jaar al volledig op kleur zijn. Op de leeftijd van ongeveer een jaar zijn ze inzetbaar als kweekvogel. Een koppel dat goed in conditie is, kan meerdere legsels per seizoen grootbrengen.
Laatste update: Ma 01-04-2024. 17.45uur