Als je een volière wil gaan bouwen zal er een mooi plekje uitgezocht moeten worden men kan dan met verschillende dingen rekening houden zoals slagregen, zonlicht, overlast met buren, wel of niet dicht bij je terras enz enz.

Met een bouwvergunning aanvragen zal men ook tekeningen van de volière en de plaats bij moeten voegen. Als eenmaal de aanvraag goed is gekeurd kan men beginnen met de bouw. Je krijgt van de gemeente ook een tekening terug met de precieze maten erop waar de volière gaat komen.

 

Plaats waar de volière gebouwd gaat worden.

 

Het uitzetten van de bouw/volière wil zeggen de precieze plaats bepalen aan de hand van de tekening waar de bouw/volière gaat komen. De precieze plaats van het bouwwerk is aangegeven in het bestemmingsplan van de gemeente. In het bestemmingsplan zijn de rooilijnen aangegeven, rooilijnen zijn de lijnen waartussen het gebouw precies moet komen. Rooilijnen worden meestal gemeten vanuit de hard van de weg, met een volière kunnen ze dit ook aangeven vanuit de erfscheiding of bestaand gebouw.

 

Aan de hand van de tekening heeft men nu de rooilijnen uitgezet en kan men nu precies de hoeken van de volière bepalen daar zet men een galon in de grond. Jalons zijn houten palen met rood en witte vakken en hebben een ijzeren punt aan de onderzijde. De hoeken moeten zuiver haaks zijn. Voor een eenvoudige bouw kun je een bouwhaak gebruiken. Voor grote gebouwen worden nauwkeurige meetinstrumenten gebruikt zoals het Pentagonprisma, Hoekspiegel, en of Theodoliet.

 

(Links: een Sjalon, rechts: een Bouwhaak.)

 

Nu de bouw uitgezet is kan men beginnen met het bouwraam. Een bouwraam bestaat uit piketten/paaltjes van 50x50mm en1000mm lang en daar tegen zijn planken van ongeveer 10cmx 2cm dik geschroefd/gespijkerd op een bepaalde hoogte. De bovenkant van de planken/bouwraam noemen ze het Peil. Het Peil is een vaste maat waar alle hoogtes van heel de bouw uit gemeten wordt. Deze hoogte is ook de hoogte van bovenkant afgewerkte vloer. Het bouwraam zet men ruim genoeg rondom de uitgezette maten waar de bouw komt. Deze ruimte kan variëren van 50cm tot 150cm.

 

(Links: Piketten, rechts: een Bouwraam.)

 

Nu trekt men een metseldraad van plank naar plank langs de sjalons die in de grond staan. Men begint met de rooilijn of de eerste lijn die vanuit de rooilijn gemeten is. De draad zet je vast met een spijker/draadnagel op de plank. De draad geeft nu de plaats aan waar later de voorgevel van je bouw/volière zal komen. Nu meet je vanaf de draad aan de linkerkant over de plank/raamwerk naar achteren en daar slaag je ook een spijker in de plank/raamwerk. De maat die je meet is de buitenwerkse maat van de zijgevel. (zie je bouwtekening) Dit doe je nu precies het zelfde aan de rechterkant van de eerste draad. Aan deze 2 spijkers/draadnagels zet je ook een draad, dit geeft de achtergevel aan van je bouw/volière. Dit herhaal je nog twee maal voor de zij gevels. Nu heb je als het goed is 4 draden getrokken over je raam werk. Nu meet je diagonaal over de draden van hoek naar hoek. Als je precies te werk bent gegaan zouden de afmetingen van de diagonalen exact het zelfde moeten zijn. Is dit niet zo moet men bijvoorbeeld de twee achterste spijkers een klein beetje opschuiven naar links of rechts. Schuif beide spijker precies evenveel op. Je mag alleen de spijkers verschuiven die niet vanuit de rooilijn zijn gemeten. Als na het schuiven de maten het zelfde zijn wil dit zeggen dat de bouw/volière haaks is uitgezet. Nu heb je met al dat meten de exacte plaats uitgezet waar de bouw/volière gezet zal worden. Deze lijnen en de maat van bovenkant plank zijn dus de maten die men aan moet houden.