| A | B | C | D | E | F | G | H | I | J | K | l | M | N | O | P | Q | R | S | T | U | V | W | X | Y | Z |
BLAUWGRIJS ROODSTAARTJE (Estrilda caerulescens) (Vieillot, 1817)
VERSPREIDING
Noordwesten van Afrika.
GROOTEE
Ongeveer 11 centimeter.
GESEACHTSONDERSCHEID
Beide geslachten lijken sprekend op elkaar. De mannetjes zijn tijdens de voortplantingsperiode herkenbaar aan hun ‘zang’.
SOCIALE EIGENSCHAPPEN
Blauwgrijze roodstaartjes zijn verdraagzame en vredelievende bewoners van een gemengde volière. Zowel onderling als ten opzichte van andere vogelsoorten hoeft u geen problemen te verwachten.
GESCHIKTE BEHUIZING
Deze dieren kunnen zowel in een buiten als kamervolière gehouden worden en een (tijdelijk) verblijf in een broedkooi hoeft ook geen probleem te zijn. Beplanting wordt op prijs gesteld.
OMGEVINGSTEMPERATUUR
Onder normale winterse omstandigheden is het doorgaans voldoende wanneer de vogels zich kunnen terugtrekken in een goed geïsoleerd nachthok. In extreme situaties of wanneer de vogels door hun veren uit te zetten (dik zitten) aangeven dat ze het te koud hebben, is het raadzaam het hok te verwarmen.
VOEDSEL
U geeft deze prachtvinken een zaadmengsel voor tropische vogels, aangevuld met tros- gierst en onkruidzaden. Verder lusten ze graag wat eivoer, insectenpaté, universeelvoer en wat levend voer, zoals geknipte meelwormen. Groenvoer, en dan vooral kleine beetjes verse onkruiden, worden ook graag opgenomen. Scherpe maagkiezel en grit horen altijd aanwezig te zijn, zodat de vogels er naar behoefte van kunnen opnemen.
ACTIVITEITEN
Blauwgrijze roodstaartjes zijn actieve en beweeglijke vogeltjes. Worden ze op een rustige manier benaderd, dan stellen ze vrij snel vertrouwen in hun verzorger.
KWEEK
Blauwgrijze roodstaartjes planten zich zowel in de buitenvolière als in een ruime (broed) kooi voort. Ze kunnen gebruik maken van nestkastjes, maar bij voorkeur bouwen ze een vrijstaand nest in een dichte struik. Het kogelvormig nest wordt onder meer gemaakt van lange grashalmen, waarbij opvalt dat het invlieggat vaak neerwaarts gericht is. Gemiddeld leggen deze vogels 3 tot 5 witte eitjes, die afwisselend bebroed worden door beide ouderdieren. Na ongeveer 12 tot 14 dagen komen de jongen uit het ei. De eerste tijd voeren de ouders ze vooral kleine insecten, zoals geknipte meelwormen, bladluis, fruitvliegjes en spinnetjes. Na ruim twee weken verlaten de jongen het nest. Voordat ze geheel zelfstandig zijn, en dat zijn ze op een leeftijd van ongeveer vijf weken, brengen ze de nachten door in het ouderlijke nest. Op een leeftijd van ongeveer vier maanden hebben ze dezelfde kleur als hun ouders. De jongen kunnen, wanneer de ruimte het toelaat, bij de ouders blijven. Deze zijn dan al vaak weer bezig met een volgend broedsel. Blauwgrijze roodstaartjes die in een goede conditie zijn en afwisselend gevoerd worden, kunnen meerdere broedsels per seizoen grootbrengen.
BIJZONDERHEDEN
Er is ook een blauwgrijs zwartstaartje. Deze soort is nauw verwant aan het roodstaartje en heeft eenzelfde verzorging nodig.
Laatste update: Ma 01-04-2024. 17.45uur